Geschiedenis

De geschiedenis van Hongarije begint rond het eind van de jaren 800. Vroeger was er al leven in het gebied, waar vandaag Boedapest ligt, o.a. was het een belangrijk knooppunt in het Romeinse Rijk, en ook Attila de Hun was hier veel keer geweest. Er wordt gezegd dat hij binnen de Hongaarse grensen werd begraven, maar niemand heeft dit tot nu toe bewezen.

De Hongaren, met hun leider Árpád, kwamen aan in het gebied in 896. Hier inrichtten ze zich, werden opgegroeid en werden een grote natie. In het jaar 1000 werd de eerste koning (Koning Stefanus / Istvan) van Hongarije bekroond. Hij had een belangrijke rol in het christendom van Hongarije, vooral omdat hij een koning was toen Hongarije een christelijke (katholieke) natie was geworden. Daarna groeide de natie verder, maar de eerste grote tragedie gebeurde toen Dzingis Khan en de Mongolen ploegden door Hongarije in de jaren 1200. Ongeveer de helft van de bevolking ging dood, en een groot deel van het land stond helemaal onbevolkt. Zodat ze het land tegen een latere aanval zouden kunnen beschermen, bouwden ze veel burchten en vestingen. Toen was Boeda de nieuwe hoofdstad van Hongarije geworden.

Nadat het land weer bijgekomen was, kwam er een nieuwe bedreiging naderbij van het zuid-oosten: Mousselinen uit Turkije. Toen waren de grensen van Hongarije veel groter dan vandaag, maar in de jaren 1400 moest Hongarije veel veldslagen vechten. In 1526 kregen ze hun uiterste nederlaag in “De Veldslag van Mohács”. De Mousselinen kwamen aan in het land en ze hielden hun macht vanaf 1541 in de derde van het land, ook in Boeda en Pest. Het tweede deel behoorde tot Hongarije-Oostenrijk en het derde was Transsylvanië. Alleen maar aan het eind van de jaren 1600 was het gelukt om hun landen terug te krijgen, met de hulp van paus. Dat was het eind van de Mousseline macht in Hongarije, maar er was onmiddelijk een nieuw probleem: Habsburgers (van Oostenrijk).

Hun machtsovername begon in Hongarije toen de Mousselinen verdwenen, en ook al zuchtten de Hongaren naar hun onafhankelijkheid, bleef het alleen maar een droom. In de volgende honderd jaren waren er veel oproeren tegen de Habsburgers, maar ze hadden het niet geluk om zelfstandig te kunnen worden. In 1848-1849 was het bijna gelukt, maar het oproer werd teruggeslagen. Desalniettemin kreeg Hongarije daarna meer en meer vrijheid van Oostenrijk. Nadat de Duits-Oostenrijkse macht instortte gedurende de Eerste Wereldoorlog, maakte Hongarije gebruik van de mogelijkheid om hun onafhankelijkheid te verkondigen. Maar de communistische partij maakte gebruik van de gelegenheid in 1919 en ze kwamen op macht voor drie maanden.

Na deze drie maanden kwam de volgende tragedie: Trianon. 2/3 van het gebied van Hongarije was weg en het derde deel, dat toen overgebleven was, werd de Hongarije dat wij vandaag kennen (met dezelfde grensen). Gedurende de Tweede Wereldoorlog vechtte Hongarije samen met de Duitsers, maar in 1944 wouden ze uit. Toen de Duitsers kwamen dit weten, toen werd Hongarije door hen onmiddelijk bezeten. De vrijheid van de nazis kwam in 1945. Het was alleen maar een korte blijdschap, omdat de communisten het waren die de bevrijders waren.

In 1956 met de hulp van een kort oproer was het gelukt om de macht van de communisten terug te krijgen. Dit duurde alleen maar voor een beetje langer dan tien dagen, voordat de communisten sloegen terug. Communisme duurde tot 1989, en sinds hebben de Hongaren de mogelijkheid gekregen om hun eigen land te regeren. Hongarije is op 1. mei 2004. het lid van de Europese Unie geworden.